2010
C’est moi, le monstre
Een dodelijk serieus sprookje met ijzeren wetten en regels
Als ik wil, kan ik gaan souperen in de beste restaurants, met de sjiekste gasten van mijn gemeente. Ik moet maar ne keer zwieren mee mijn kachelgat en ze liggen al te kwijlen aan mijn enkels. Maar moede nu ne keer wa weten? ’t Zijn niet de gasten met hun schoon bakkes die mij tukkezot maken, maar dienen harige dubbele hier.
Mee alles wat dat hij doet, zit hij subiet in mijn diepste schuif terwijl anderen daar noois of noois van ze leven geraken!
Zijne toes! Zijnen toes was veel te drassig en toch dreef al mijn bloed naar mijne kop en ik kreeg ne stamp in mijn herte waar da’k nog altijd moe van bekomen.
Hij ziet mij. Hij ziet mij, verstade da?
Wie wilt hij da’k ben voor hem?
Zijn vrouw, ja maar wa voor vrouw?
Da ’t hij zijn masker afzet en klapt gelijk alleman!
Platel kreeg na de première in 2010 een daverende staande ovatie in de Gentse Capitole. In dit beklijvende stuk – een eigen creatie gebaseerd op La belle et la Bête doet Platel waar ze goed in is: spelen met taal. (Rudy Tollenaere in De Gentenaar)
Tekst en spel: Pascale Platel
Zang en spel: Charles Dekeyser
Muzikanten: Jelle Vastershaeghe, Eline Duerinck, TJ Segers
Dramaturgie: Tobias Kokkelmans
Bewegingsadvies: Marie De Corte
Make-up: Barbara Broucke
Kostuums: Lien Van Wemmel
Foto’s: Maximiliaan Dierckx
Productie: Festival Van Vlaanderen